Leven in een stille wereld

Door: Henk Dekker

Op dinsdagochtend 12 oktober jl. voelde ik iets rommelen in mijn rechteroor dat ook het enige goede oor is dat ik heb (ik ben ook blind). Kort daarop hoorde ik aanmerkelijk slechter. Toen ik iets tegen mezelf zei, leek het alsof ik mezelf in een telefoonhoorn hoorde spreken. Die middag is door een assistente van de vervangende huisarts wat vuiligheid uit dat oor gespoten, maar ik bleef alles nogal schel horen. Dit was de volgende dag, ’s woensdags ook nog zo, hoewel ik nog gewoon kon communiceren en in de kamer de wasdroger in de keuken kon horen draaien. Maar dat telefoongesprek die middag, verliep wat moeilijk voor mij en dus vroeg ik of de opbeller mij wilde mailen (zodat ik het via de brailleleesregel kon lezen), wat hij ook heeft gedaan. De volgende morgen dus donderdagochtend, hoorde ik zeer slecht. Ik liep zonder dat ik een afspraak had gemaakt naar de huisartsenpraktijk en vertelde wat er aan de hand was. Men constateerde dat in mijn beide oren de gehoorgangen ontstoken waren en dat dit de oorzaak was van het gehoorverlies. Daarvoor zou ik druppels krijgen. Maar hoe ik ook druppelde, mijn gehoor werd er niet beter op. Sterker nog, het oor zat op een gegeven moment zelfs helemaal dicht. Ik was echt blind en doof. De telefoon, iPhone, radio en televisie, waren nu voor mij waardeloze apparaten geworden omdat ik daar niets meer mee kon beginnen. Omdat ik het sprekend klokje naast mijn bed niet meer kon verstaan, liep ik ‘s nachts naar de computer, om te voelen aan de brailleleesregel dat aan de computer gekoppeld zit, hoe laat het was. Op zo’n moment verlangde ik terug naar mijn braillehorloge. Het scheerapparaat voelde ik trillen in mijn hand maar hoorde ik niet meer. Aan de tijdsduur die het koffiezetapparaat nodig heeft om de koffie erdoor te laten, wist ik wanneer ik de thermoskan kon vullen. Ik communiceerde alleen nog maar per e-mail. Een buurman haalde voor mij de boodschappen. Ik zag er tegenop om hem te ontvangen, omdat ik hem nauwelijks kon verstaan. Ik wilde het aller liefst alleen gelaten worden zodat ik niet hoefde te communiceren. Ik vroeg me af of het oor ooit weer open zou gaan. Zo ja, hoeveel procent zou ik dan terugkrijgen? Bleef het oor dichtzitten, wat had ik dan nog verder op deze aarde te zoeken? Ik leefde in een stille wereld. Ik was bang!

Die zondagmiddag kwam mijn broer op bezoek. Om zich voor mij verstaanbaar te maken, moest hij met zijn mond vlak bij mijn oor korte dingen zeggen, bijna schreeuwen en dan nog verstond ik het niet altijd. Ook Annelie kwam op bezoek. Door haar inzet, kon ik die avond terecht op de spoedeisende hulp. Daar werd in mijn oor gekeken en werden wat testen uitgevoerd. Afgesproken werd dat de volgende dag een kno-arts mij verder zou onderzoeken. Dit is ook gebeurd. Ook is er bloed geprikt. Ondanks mijn volledige doofheid hoorde ik allerlei geluiden zoals het geklots van water en ook muziek terwijl ik niets aan had staan dat al die geluiden kon veroorzaken. Toen ik dit voorlegde aan de kno-arts legde hij me uit dat het gehoorcentrum geen geluiden meer vanbuiten af kreeg en mijn hersenen dat niet gewend waren waardoor deze zelf invulling gingen geven aan de leegte. Een week later werd me verteld door de kno-arts dat ik volgens het resultaat van het bloedonderzoek ben geïnfecteerd door een bacterie vanbuiten af die de ontsteking aan mijn gehoorgang heeft veroorzaakt. Inmiddels kan ik weer horen. Blijkbaar heeft de medicatie goed geholpen. Ik kan mijn vreugde hierover bijna niet in woorden uitdrukken. Nu weet ik een beetje wat het is om als een blind-doof mens door het leven te moeten gaan…

LinkedIn
Share